Nieuws

Nog meer focus op een veilige .be-zone in 2020

21 januari 2020

Philip Du Bois, general manager van DNS Belgium, kijkt tevreden terug op het voorbije jaar. De cijfers waren beter dan verwacht, DNS Belgium haalde de doelstellingen en de inspanningen op het vlak van cybersecurity, duurzaamheid en operational excellence werden beloond. In 2020 willen wij het minstens even goed doen. 

Zowel wat betreft de verlenging van de registratie van bestaande domeinnamen als nieuwe registraties overtrof 2019 de verwachtingen. ‘We dachten dat de groei ging stilvallen, maar dat is niet gebeurd’, zegt Philip. ‘Bovendien kregen we verschillende erkenningen voor ons werk. Onze website viel in de prijzen en van CENTR kregen we twee awards voor wat we doen op  het vlak van security. VOKA Vlaams-Brabant benoemde ons dan weer tot klimaatambassadeur. We proberen duurzaam te werken, zowel maatschappelijk als ecologisch, en dan doet het deugd dat je inspanningen erkend worden. 2019 was een topjaar. De uitdaging voor 2020 is dan ook om alles minstens even goed te doen en enkele nieuwe accenten te leggen.’

Welke zijn die nieuwe accenten voor 2020?

Philip Du Bois: ‘Cyber security blijft heel belangrijk en we willen nog meer inzetten op de veiligheid van de .be-zone. We willen zoveel mogelijk frauduleus gebruik van .be-domeinnamen opsporen en ze op basis van objectieve criteria proactief uit de zone halen. Zo kunnen we ons ook onderscheiden van de commerciële extensies, zoals bijvoorbeeld .shop, .app, .immo... Als vzw hebben we de mogelijkheid om onze opbrengsten opnieuw te investeren om een zo veilig mogelijke zone te scheppen. Commerciële zones hebben er geen belang bij om domeinnamen te schrappen. Wij doen dat wel wanneer een .be-domeinnaam misbruikt wordt. Door fraude aan te pakken gaan we meer vertrouwen scheppen bij de consument. Zo vervullen we een van onze kerntaken, namelijk het gebruik van het internet stimuleren bij het grote publiek.’

En wat krijgt naast cybersecurity extra aandacht in 2020?

‘Een ander belangrijke actiepunt is Digital for Youth, dat we in 2019 opstartten voor de verdeling van laptops onder organisaties die werken rond jongeren en digitalisering. We hebben de ambitie om in 2020 duizend laptops uit te delen. We gaan in samenwerking met de Koning Boudewijnstichting minstens drie projectoproepen organiseren om die laptops te verdelen. Maar we willen ook verder kijken en zien wat we kunnen doen om meer leden aan te trekken, meer sponsoring los te weken. We gaan onderzoeken of we eventueel subsidies van de Belgische of Europese overheid kunnen krijgen, of we rechtstreeks donoren kunnen aanspreken, zodat we meer laptops in de markt kunnen zetten. Om onze dienstverlening in de sociale economie te vergroten, moeten we bekijken of we naast hardware via partners ook ondersteuning kunnen bieden voor bijvoorbeeld het onderhoud en herstel van de laptops.’

Staan er interne veranderingen op de planning?

Philip Du Bois: ‘Operational excellence is een van onze pijlers, dus blijven we onze efficiëntie analyseren. In 2020 gaan we operationele KPI’s in het leven roepen om te zien of we zo goed bezig zijn als we denken. We gaan bv. het aantal releases per jaar meten. Een release is letterlijk het loslaten van een stukje nieuwe software op een productieomgeving. Vier jaar geleden deden we vijf grote releases per jaar. Als er toen nog een foutje in de code zat, betekende dat dat je alles terug uit productie moest halen. In 2019 deden we 76 kleinere releases en we willen naar 200 per jaar gaan tegen 2021. Het aantal releases is een goede parameter voor je efficiëntie, want om zoveel releases te kunnen doen, moet je een aantal processen volledig automatiseren. Met meerdere kleine releases is de impact op het systeem minimaal en kan je eventuele bugs sneller verhelpen. Daardoor creëer je een veiliger systeem en verhoog je de productiviteit van je organisatie. Het is dus ook een manier om kwaliteit te blijven leveren.’

Philip Du Bois, general manager DNS Belgium

Zijn er in de industrie ingrijpende evoluties op til? 

Philip Du Bois: ‘Op het vlak van domeinnamen zie ik een uitdaging in de grote internetspelers die zich begeven op het domein van de lokale Internet Service Providers (ISP’s) zoals bijvoorbeeld Telenet. Wanneer iemand in zijn browser een domeinnaam intypt, vraagt zijn ISP aan ons op welke locatie de informatie van die domeinnaam zich bevindt. Domeinnaam aan locatie verbinden heet resolving. Als klant merk je daar niets van omdat je ISP je onmiddellijk naar de juiste website brengt, via onze tussenkomst. De Googles en Mozilla’s van deze wereld nemen dat over en gaan op je pc in de browser de optionele mogelijkheid creëren om die resolving rechtstreeks via hen bij ons te doen en niet langer via je ISP. Dat maakt dat zij dan zicht hebben op alle websites die je bezoekt en al je interacties online.’

Baart je dat zorgen?

Philip Du Bois: ‘Toch wel. Die grote spelers hebben sowieso al veel data over mensen. Ze zeggen wel dat ze je gegevens voor resolving gaan versleutelen zodat anderen er geen toegang toe hebben, maar wil je dat Google nog meer over je weet? Verder vraag ik me ook af of het niet marktverstorend gaat werken en het onze ISP’s niet benadeelt. Je kan dat nog enigszins nuanceren en zeggen dat je als gebruiker liever advertenties krijgt die je aanspreken. Maar zoveel concentratie van data bij grote partijen is bedenkelijk. Als je ziet hoe Facebook met onze gegevens omgaat, moeten we toch voorzichtig zijn.’

Met dit artikel ondersteunen wij de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties.