Dit artikel werd geschreven in samenwerking met CAW en Digital Ageing
Online fraude bespreken is niet altijd eenvoudig.
Zeker niet met mensen die zich onzeker voelen over hun digitale vaardigheden.
Toch is het te belangrijk om te negeren.
Daarom: maak het net zo gewoon als vragen naar iemand zijn gezondheid of werk.
- “Heb je online nog iets raars meegemaakt?”
- “Heb je al gehoord van die nieuwe vorm van online oplichting?”
Zo neem je je rol op als digitale ondersteuner — op een warme en natuurlijke manier.
Nieuw in die rol? Dan kan een opleiding of infosessie helpen.
4 tips voor een goed gesprek
Tip 1. Creëer een veilige, ontspannen sfeer
Een goed gesprek begint met vertrouwen.
Hoe help je?
- Kies een rustige plek. Een kop koffie of thee helpt om te ontspannen.
- Ga naast iemand zitten, niet ertegenover. Zo kijk je samen naar het scherm.
- Neem je tijd. Geef duidelijk aan: "We hebben geen haast."
Tip 2. Stel open vragen en luister aandachtig
Luisteren is net zo belangrijk als uitleggen. Laat de ander vertellen wat hen bezighoudt.
Hoe help je?
- Stel vragen als:
- “Hoe vaak gebruik je het internet?”
- “Wat doe je meestal online?”
- “Welke dingen vind je moeilijk of spannend?”
- Laat iemand rustig antwoorden.
- Onderbreek niet en toon begrip: “Veel mensen vinden dit moeilijk. Je bent zeker niet de enige.”
“Phishing is een vorm van oplichting. Ze doen alsof ze van je bank zijn om je geld of gegevens te stelen.”
- Vermijd woorden als “gewoon” of “niet moeilijk”
→ Wat voor jou simpel lijkt, kan voor iemand anders overweldigend zijn. - Gebruik herkenbare vergelijkingen:
- “Een wachtwoordmanager is als een sleutelbos voor al je digitale sleutels.”
- “Opslagruimte op een telefoon is als een opbergruimte. Als die vol zit, moet er iets uit.”
Tip 4. Begin klein en vier successen
Kleine stappen geven vertrouwen en motivatie om verder te leren.
Hoe help je?
- Start eenvoudig: stel samen een wachtwoord in of herken een verdachte e-mail.
- Gebruik stappenplannen en maak notities, zodat ze later alleen kunnen oefenen.
- Moedig aan om het zelf te proberen: “Goed gedaan, nu kan je dat de volgende keer zelf doen!”
💡 Tip: Eindig met een volgende kleine stap, zoals: “Zullen we straks eens kijken hoe je een app installeert?”
Nog enkele tips om het gesprek te starten:
Het moeilijkste is vaak: de eerste zin. Hier zijn enkele tips om het ijs te breken:
- Begin luchtig: “Ik las iets over online oplichting. Hoe zit dat eigenlijk bij jou?”
- Leg de nadruk op bescherming: “Er zijn steeds meer nepberichten. Hoe kunnen we zorgen dat je die herkent?”
- Koppel aan interesses: “Je houdt van tuinieren? Wist je dat je online heel veel tips en inspiratie kan vinden?”
Checklist: Heb je het gesprek goed aangepakt?
- Heb je een veilige en ontspannen sfeer gecreëerd?
- Heb je geluisterd naar de zorgen en behoeften van de ander?
- Heb je eenvoudige taal en duidelijke voorbeelden gebruikt?
- Heb je kleine stappen voorgesteld en successen gevierd?
- Heb je een balans gevonden tussen helpen en aanleren?